Tijdens een kopje koffie leren we veel van elkaar.
Tijdens een kopje koffie leren we veel van elkaar. Foto: Stockphoto

In gesprek met Klaske en Piet: Was het vroeger leuker om kind te zijn?

Persoonlijke verhalen

DRACHTEN - Je zult het ongetwijfeld herkennen: op een verjaardag praten de ouderen met de ouderen en de jongeren met de jongeren. De jonge generatie lijkt haar interesse in de generaties voor hen kwijt te zijn geraakt. Zonde, vindt RondOm Drachten, want we kunnen heel veel van elkaar leren. Daarom gaan we in gesprek met twee ouderen uit Drachten, Klaske en Piet*, om te praten over hun jeugd en de jeugd van tegenwoordig.

Het is Klaske al vaker opgevallen. Tijdens de verjaardag praten haar kinderen en kleinkinderen met elkaar, terwijl zij er maar een beetje bij zit. Begrijpen doet ze dat wel, vertelt ze: “Ze praten over onderwerpen waar ik eigenlijk niets van weet, maar het zou wel gezellig zijn als we allemaal met elkaar zouden praten. Ze zijn heel lief hoor, ik ben dol op ze, maar je merkt dat er minder interesse is.”

Piet is het daar mee eens: “Vroeger werd er veel meer op elkaar gelet. Als de gordijnen van de buurvrouw dicht bleven, dan werden we door onze moeder daar naartoe gestuurd om te vragen of we konden helpen. Het sociale gebeuren gaat heel hard achteruit, en dat vind ik jammer.” Hij geeft als voorbeeld dat er nu regelmatig verhalen in de krant staan van mensen die overlijden en lange tijd dood in hun woning liggen, omdat niemand naar hen omkijkt: “Vroeger gebeurde dat niet, er werd naar je omgekeken. Je was in die zin ook een beetje verantwoordelijk voor je buren. Dat kun je je nu eigenlijk niet meer voorstellen.” 

Opvoeding

Volgens Piet komt dat vooral doordat de manier van opvoeden door de jaren heen is veranderd: “Vroeger kreeg je opvoeding van je ouders, en dan met name van je moeder, nu wordt de opvoeding bij de scholen en de opvang gelegd. De moeders verdwijnen uit de maatschappij.”

Hij herinnert zich dat in zijn jeugd zijn moeder altijd na school in de keuken was met thee en een koekje: “Nu worden ze om zes uur bij de opvang weggehaald en gelijk op bed gebracht. Ouders weten vaak niet eens waar hun jeugd uithangt. Mijn ouders wisten altijd waar ik was, en als ze dat niet wisten, dan kwamen ze daar een dag later wel achter. Ik was ook een jonge jongen, ik heb ook kattenkwaad uitgehaald, maar dan lette de buurt nog steeds op mij.” Toch snapt Piet wel dat de jongeren van nu niets willen weten van sociale controle, iets wat hij als positief heeft ervaren: “Het is ook maar net wat je gewend bent natuurlijk. Ik denk dat al jouw gevoelens voortkomen uit het gezin. Als jouw ouders nooit op je hebben gelet, dan ontstaan er problemen. 

De kerk

De kerk speelde een grote rol in de samenleving van vroeger, beamen zowel Piet als Klaske. Klaske, die zelf niet kerkelijk is opgevoed en naar een openbare school ging, vertelt dat ze vroeger wel eens geplaagd werd door de kinderen van de gereformeerde school: “Maar aan de andere kant hadden we als kinderen nooit veel oog voor dingen die ons ‘anders’ maakten. Ik heb ook gewoon gespeeld met gelovige kinderen. Je ging gewoon normaal met elkaar om.”

Piet groeide op in Drachten, een dorp dat van oorsprong gereformeerd is: “Ik zie de kerk als iets wat zowel positief, als negatief is. Aan de ene kant zorgde de kerk voor gebondenheid. Maar het was ook altijd geloof a, tegen geloof b. Als je niet lid was van de gemeente, dan viel je buiten de boot. Dat was voor de oorlog zo. Gelukkig is dat na de oorlog veranderd.” Hij vertelt dat hij ziet hoe de kerk haar functie is verloren: “Ze waren verantwoordelijk voor het sociale gebeuren, voor de armen- en ziekenzorg bijvoorbeeld. Dat het Rijk dat nu doet is goed, zij zijn neutraler.”

Nu jong zijn?

De jeugd van Piet en Klaske was heel anders dan de manier waarop jeugd nu opgroeit. Klaske vertelt bijvoorbeeld over het plukken van bloemen, die ze voor een snoepje verkocht aan haar buren: “En dan zorgen dat niemand kon zien dat je nog een snoepje in je mond had, want dan kreeg je er nog één.” Piet ging eieren zoeken op het land, bouwde hutten en haalde kattenkwaad uit: “Het is bijna niet te vergelijken. Na de oorlog hadden we niets, moesten we alles opbouwen. Nu hebben ze bij hun geboorte al een mobieltje in de hand. Ik vraag mij soms af waarom jongeren nog duimen hebben, die gebruiken ze bijna niet...” 

Piet herinnert zich de tijd dat zijn ouders, als eerste van de straat een telefoon hadden en later een tv: “Dan kwamen alle kinderen uit de buurt langs om bij ons tv te kijken. Dat kun je je nu bijna niet meer voorstellen. De jeugd die wij hebben gehad, dat is nu onmogelijk.”

‘Geniet van je jeugd’

Corona en Oekraïne

Wanneer we aan Piet vragen welke les hij jongeren zou willen meegeven, heeft hij vrijwel direct een antwoord: “Geniet van je jeugd, want die komt maar één keer.” Daarom vindt hij corona ook verschrikkelijk voor de jeugd: “De periode tussen mijn vijftiende en vijfentwintigste jaar als de mooiste tijd van mijn leven ervaren. Zij missen daar nu twee jaar van en die halen ze niet meer in. Het uitgaan, contact zoeken met leeftijdsgenoten, dat zit er al twee jaar niet in. Dan mis je een stuk belangrijke levenservaring.”

“Kinderen zijn al jaren niet naar school geweest,” vult Klaske aan. “Daar maak ik mij wel zorgen over. Ze hebben al die tijd op hun kamer gezeten, achter de computer. Echt verschrikkelijk, lijkt me dat.”

Nu de coronaperiode op zijn einde lijkt te komen, staat de volgende crisis alweer voor de deur, zien Klaske en Piet. Ze maken zich zorgen over de crisis in Oekraïne. Klaske maakte als jong meisje de oorlog mee, ze was zeven jaar oud toen Nederland werd bevrijd: “Ik weet nog hoe de Canadezen kwamen en ik kan mij ook nog herinneren dat er Duitsers in ons huis waren.”

Een mevrouw die naast ons zit, valt in ons gesprek. Ook zij maakte de oorlog mee, raakte veel familie kwijt en zat jaren ondergedoken, waarvan een paar weken in Drachten: “Ik kan mij nog zo goed herinneren hoe die NSB-meiden werden kaalgeschoren.” Hoewel de oorlog nu al heel ver in ons verleden ligt, staan deze ouderen er nog vaak bij stil. Op sommige dagen voelen ze nog verdriet over wat er toen is gebeurd.

Hadden ze ooit verwacht dat er weer oorlog kwam? Klaske en de mevrouw naast ons niet: “Ik heb altijd gezegd dat als er ooit weer oorlog zou uitbreken, dat ik er dan een eind aan zou maken. Ik wil het echt nooit meer meemaken.” Beide vrouwen maken zich vooral zorgen om hun kinderen en kleinkinderen. 

Piet: “Elke generatie maakt een oorlog mee, maar we hebben al tachtig jaar vrede gehad. Ik had gehoopt dat er altijd vrede zou zijn, maar ik verwacht dat er oorlog komt, ook in Nederland.” 

*fictieve namen, de namen zijn bij de redactie bekend.

Tenzij er nog kou komt mogen we veel wespen verwachten dit jaar.
Vooruitzicht wespenoverlast voorlopig niet gunstig Natuur 12 uur geleden
Afbeelding
Nij Smellinge en ZuidOostZorg experimenteren met muziek op IC Zorg & Welzijn 15 uur geleden
De Nederlandse vlag, die op 4 mei in het hele land halfstok hangt.
4 mei dodenherdenking in Drachten Verhalen uit de buurt 18 uur geleden
Afbeelding
Nynke Duijff winnaar Grut Frysk Diktee Verhalen uit de buurt 20 uur geleden
Afbeelding
Sloepvaren bij de Alde Feanen Recreatie & Ontspanning 22 uur geleden
Afbeelding
Column Rijkele Dijkstra: Ons veilige gevoel Column 24 apr, 18:00
Beeld ter illustratie
Meer natuur in polder Siderius bij Earnewâld Natuur 24 apr, 15:00
Afbeelding
Column Melissa: Uit de kast komen is niet alleen bevrijdend voor jezelf, maar ook voor anderen Column 24 apr, 12:00