
De tegemoetkoming voor het leenstelsel is een dikke middelvinger
Column‘Voor elke maand dat je tijdens de officiële (nominale) studieduur onder het leenstelsel studeerde, krijg je een tegemoetkoming van €29,90’. Langzaam valt mijn mond open, terwijl ik die zin lees op mijn beeldscherm. Het gaat over de tegemoetkoming die studenten zoals ik krijgen omdat ze (puur toevallig) net gingen studeren toen de overheid besloot te experimenteren met de studielening. De studiefinanciering, die al sinds de jaren ‘80 bestaat, werd afgeschaft in 2016 en in de plaats daarvan konden studenten een lening aangaan. Een lening met weinig risico’s, het zou bijvoorbeeld geen effect hebben op je hypotheek en er zou geen rente komen.
Zeven jaar later kijkt de Nederlandse samenleving terug op een mislukt experiment. Duizenden jonge mensen hebben torenhoge leningen, de overheid hield zich niet aan de gemaakte beloftes over de risico’s van de studielening en de kansenongelijkheid in het onderwijs is omhoog geschoten. De studielening wordt afgeschaft en de studiefinanciering is terug. Dus stond de overheid voor de vraag: wat doen we met de studenten die in die zeven jaar keihard gen... sorry, benadeeld zijn?”
Hele slimme ambtenaren sloegen aan het rekenen en kwam uiteindelijk op een bedrag van tussen de 1200 en 1800 euro voor elke student. Teruggerekend komt dat neer op net geen dertig euro per maand dat je studeerde (of nou ja, per maand dat je binnen de nominale tijd, vaak drie of vier jaar, studeert).
Ik ben wellicht geen slimme ambtenaar, maar heb wel een calculator op mijn telefoon. Ik heb mij netjes aan de nominale studieduur gehouden en zou dus vier jaar recht hebben gehad op de nieuwe studiefinanciering. De eerste twee jaar woonde ik thuis. Een thuiswonende student krijgt €110,30 per maand (zonder aanvullende beurs). Dit vermenigvuldigen we met 24 maanden en komen we uit op een bedrag van €2647,20. Daarna woonde ik anderhalf jaar op mijzelf. De uitwonende beurs is €439,20 per maand, keer 18 maanden, is €7902 euro. Het laatste half jaar woonde ik weer thuis, dus doen we 110,30 x 6 is €661,80. Volgt u het nog? In totaal zou ik dus met dit nieuwe stelsel recht hebben op een totaalbedrag van van €11211 euro.
Nu snapt u wellicht mijn frustratie. De tegemoetkoming die ik krijg een schamele 16% van het bedrag waarop de nieuwe generatie kan rekenen. Bovendien is de inkomensgrens (mbt tot het inkomen van je ouders) voor de aanvullende beurs ook flink omhoog gegaan. Met de regels van nu zou ik hier wellicht ook recht op hebben.
Een tegemoetkoming van nog geen dertig euro per maand... Ik kan mij niet voorstellen dat al die ambtenaren die zin hebben geschreven en gedacht hebben ‘dat lijkt eerlijk’. Wat mijn generatie krijgt als tegemoetkoming voor een gefaald experiment is een dikke, dikke middelvinger van een overheid die denkt dat we genoeg nemen met kruimels. Het vertrouwen in de overheid daalt steeds meer en in Den Haag snappen ze er niets van. Ik vraag me af in welke realiteit zij leven...