De geschiedenis van het sinterklaasfeest
HistorieWaar komt die goedheiligman vandaan?
Nicolaas was bisschop van de stad Myra. Hij is geboren rond het jaar 280 en is waarschijnlijk gestorven op 6 december 343. Zoals het normaal was voor veel christenen in die tijd, gaf hij veel geld aan arme mensen. Ongeveer 200 jaar na zijn dood werd Nicolaas heilig verklaard. Er komt dan ''Sint'' voor zijn naam te staan.
Maar heilig werd je natuurlijk niet zomaar. Je moest tijdens je leven een goed voorbeeld zijn geweest voor alle andere mensen en er moesten minstens twee wonderen gebeurd zijn. Het waren dingen die gebeurden en die je niet kon verklaren. Dan moest het wel werk van God zijn. Over Nicolaas werden veel bijzondere verhalen verteld. Zo kan hij als baby al in zijn badje staan en bidden tot God en had hij 3 kinderen die gedood waren weer tot leven gewekt. Nicolaas was beschermheilige van de kinderen, van de zeelieden en van ongehuwde vrouwen. Omdat Sint Nicolaas beschermheilige is van de zeevaarders, hebben veel havensteden Sint Nicolaas als beschermheilige.
De knecht van Sinterklaas
Nicolaas als bisschop van Myra had geen knechten en al helemaal geen zwarte pieten. Sinterklaas wordt tegenwoordig altijd vergezeld door een helper. Bij ons heet die helper Zwarte Piet. Maar hoe de figuur van Zwarte Piet precies ontstaan is, verschilt van land tot land.
Het Sinterklaasfeest
Volgens de liedjes komt Sinterklaas uit Spanje. Maar hij is eigenlijk geboren in Turkije. Waarom zingen we dan dat hij uit Spanje komt? Men denkt dat het komt omdat Spanje vroeger een rijk en machtig land was. Men dacht waarschijnlijk dat alles uit Spanje vandaan kwam, ook Sinterklaas.
Schoentje zetten
En dan heb je nog de leuke traditie: schoentje zetten. Je schoentje zetten stamt al uit de 15e eeuw. Arme mensen in Utrecht zetten hun schoen in de Sint Nicolaaskerk en de rijke Utrechtenaren deden er iets in. Omdat de winter een moeilijke tijd was voor arme mensen, mochten ze met die feesten officieel bedelen.
Pakjesavond
Voor de Tweede Wereldoorlog was er nog geen pakjesavond. Rond 1930 was er een grote crisis in Nederland en was er niet veel geld. Na de Tweede Wereldoorlog, toen er meer welvaart (geld) was, konden er meer cadeautjes worden gekocht voor de kinderen.