De 97-jarige Tjitze Steensma is actief geweest in Nederlands-Indië.
De 97-jarige Tjitze Steensma is actief geweest in Nederlands-Indië. Foto: Rob Dijkstra

"Dat ik er zo voor weggekomen ben,
dat is een raadsel"

LEEUWARDEN - In de periode tussen 1945 en 1950 zijn er ruim 200.000 Nederlandse militairen in het voormalig Nederlands-Indië geweest. Nederlands-Indië is een voormalige kolonie van Nederland. Tegenwoordig kennen we het als Indonesië. Eén van deze militairen is de 97-jarige Tjitze Steensma uit Leeuwarden. De veelbewogen periode staat bij hem nog vers in het geheugen gegrift. Zo maakte hij onder andere een grote mitrailleur onschadelijk en overleefde hij wonderbaarlijk een hinderlaag van de TNI (Tentara Nasional Indonesia), oftewel het Indonesisch Nationaal Leger. "Dat ik er zo voor weggekomen ben, dat is een raadsel." RondOm Leeuwarden spreekt met Tjitze over deze periode. 

Tjitze (1 juli, 1925) is een geboren en getogen Leeuwarder. Hij groeit op in de Sontstraat, een zijstraat van het Cambuursterpad. Hij noemt zichzelf een avontuurlijk type. Na de bevrijding van de Duitse bezetting in 1945, komt Tjitze bij de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) terecht. Hij haalt onder andere eten voor gevangenen bij de gaarkeuken (bij het Cambuurplein in de buurt) en herinnert zich nog dat hij een oude bakfiets kreeg. "Zo kon ik onder andere naar het beursgebouw voor brood en beleg." 

Tropen Geschikt

Wanneer Tjitze voor de keuring moet, krijgt hij slecht nieuws van de dokter. "Dokter Ten Teije, de oogarts in Leeuwarden, vertelde mij dat mijn ogen niet goed genoeg waren om op uitzending te gaan. Hij noemde dat in vaktermen een 'schoolbijziendheid'." Dat was een enorme domper voor Tjitze, maar het betekende niet het einde van zijn militaire carrière. "De dokter zei: maar u kan wel in dienst hoor! Bij de territoriale troepen! Ik zag toen op de brief die ik meekreeg de letters 'TG' staan. Ik vroeg aan een collega wat dat betekende en toen zei hij: dat betekent 'Tropen Geschikt'." Tjitze begint te glunderen en roept: "HEUJ! Dacht ik. Graag zelfs", lacht hij. "Blijkbaar ligt de norm daar wat lager en waren mijn ogen daar wel goed genoeg voor. Zodoende ben ik nog drie jaar in Indië geweest." 

"We hebben van alles
meegemaakt: gevechten,
beschietingen, mijnen,
bommen en snipers."

Een driejarig avontuur 

"Het was een driejarig avontuur met een goede afloop voor mij", vertelt Tjitze. "Ik ben er gelukkig gezond weggekomen, al ben ik wel een paar keer flink ziek geweest." Tjitze had onder andere te kampen met malaria en amoebedysenterie (ernstige infectie van de darm). "Maar die waren er wel meer", zo vertelt hij. Tjitze had een belangrijke rol tijdens zijn periode in Nederlands-Indië. Hij is onder andere korporaal geweest en heeft zich in de loop der jaren zelfs opgewerkt tot sergeant. "Ik ben dag en nacht het veld in geweest. We hebben van alles meegemaakt: gevechten, beschietingen, mijnen, bommen en snipers. Dat ik er zo voor weggekomen ben, dat is een raadsel."

De missie in Nederlands-Indië stond in het teken van orde en vrede scheppen, legt Tjitze uit. In de praktijk blijkt dat een lastige klus. Zo wordt een kleine groep militairen (gedetacheerd bij 2-10) op dinsdag 5 augustus 1947 aangevallen door de TNI. De vijandelijke aanval op de posten van Modjokasri en Gempolkerep wordt uiteindelijk afgeslagen, met een groot aandeel van Tjitze. "Hier hebben wij een bijzondere tevredenheidsbetuiging voor gekregen, voor betoonde paraatheid, moed en initiatief", vertelt hij trots. Tjitze haalt het oorspronkelijke exemplaar van de tevredenheidsbetuiging tevoorschijn. Daarop staat de tekst: "Wegens de loffelijke wijze waarop zij tezamen onder hevig vijandelijk mitr. vuur, de bediening van een vijandig zware mitr., waaronder een off. en een onderoff. buiten gevecht hebben gesteld, door een juist en vakkundig gebruik van stenguns en handgranaten en waarbij de vijandige mitri. werd buitgemaakt." Dat bewuste moment staat Tjitze nog vers in het geheugen. "Ik probeerde er zelfs nog mee te schieten, weet ik nog. Ik heb het leeuwenaandeel gehad in die ontmanteling." 

Ook wil Tjitze zijn kameraad en Indië-veteraan Fokke Dijkstra graag benoemen. "Fokke is echt een reuze kerel. Hij mag niet vergeten worden, want hij betekent veel voor de mensen die in Nederlands-Indië zijn geweest."

De Willem Barentsz

Na deze roerige periode komt Tjitze wonderwel heelhuids thuis. Maar stilzitten doet hij niet. Hij werkt in de bouw en tussendoor ook enkele jaren in de veetransport. "Dan stond je soms wel tot 12 uur 's nachts te bikkelen om het vee gereed te krijgen en dan moest je bijvoorbeeld naar Joegoslavië, Kroatië en Italië voor een aantal dagen. Ik zat soms dik onder de stront en slapen was moeilijk in die veewagens", lacht hij terugblikkend op die periode.

Op een gegeven moment raakt Tjitze tijdens zijn werk in de bouw in contact met een bemanningslid van het beroemde zeilschip de Willem Barentsz. Zijn avontuurlijke kant roept naar hem: "dat moet ik eigenlijk ook eens proberen." Dus besluit Tjitze te schrijven en zo geschiedt: Hij vaart enkele jaren mee als tankarbeider op de Willem Barentsz en ziet onder andere de harpoeniers, voornamelijk Noors, twee keer een blauwe walvis van 27 meter torpederen. "Een onvergetelijke ervaring", vertelt Tjitze.

Afbeelding